Inbreuk Auteursrecht

Auteursrecht – inbreuk. Het aanbieden van e-cards van werken van bekende kunstenaars zonder toestemming van rechthebbenden wordt als een inbreuk op auteursrechten aangemerkt. Een licentie voor het verhandelen van posters impliceert niet een licentie voor e-cards, nu e-cards als een nieuwe verschijningsvorm van het werk moeten worden beschouwd.

Mocht u omtrent auteursrechten en/of de inbreuk daarop vragen hebben dan wel behoefte hebben aan direct advies of bijstand, kunt u altijd kosteloos contact opnemen met ons advocatenkantoor. Telefonisch contact gaat snel en u krijgt direct een van onze advocaten aan de telefoon. Bel ons nu tegen op 030 252 35 20 of tot 22.00 uur op 030 252 35 20. Een eerste telefonisch advies is altijd kosteloos.

U I T S P R A A K

vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM

Sector civiel recht, voorzieningenrechter

zaaknummer / rolnummer: 444981 / KG ZA 09-2630 SR/MB

Vonnis in kort geding van 28 januari 2010

in de zaak van

de stichting
STICHTING ABC,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres bij dagvaarding van 23 december 2009,
advocaat mr. X

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ART & XYZ INTERNATIONAL B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
advocaat mr. Y

1.  De procedure
Ter terechtzitting van 14 januari 2009 heeft eiseres, verder ABC, na vermeerdering van eis ter zake van de proceskosten, gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding. Gedaagde, verder XYZ, heeft verweer gevoerd met conclusie tot weigering van de gevraagde voorziening. Beide partijen hebben producties en pleitnota’s in het geding gebracht. XYZ heeft haar standpunt nader toegelicht met behulp van via een beamer geprojecteerd beeldmateriaal van haar website.
Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.

2.  De feiten
2.1.  ABC behartigt de belangen van de bij haar aangesloten auteursrechthebbenden. Doorgaans verstrekken de aangesloten auteurs en auteursrechthebbenden aan ABC het recht om hun auteursrechten uit te oefenen, waaronder het verstrekken van licenties. Daarnaast is ABC gevolmachtigd om de auteursrechten op de desbetreffende werken in en buiten rechte te handhaven. ABC heeft met een aantal buitenlandse zusterorganisaties
overeenkomsten gesloten, waarin is vastgelegd dat zij ook de belangenbehartiging van buitenlandse kunstenaars – voor zover betrekking hebbend op Nederland – op zich neemt. Aldus behartigt zij ook de belangen van (de erven van) Pablo Picasso, Wassily Kandinsky, Henri Matisse, Paul Klee, Edvard Munch, Joan Miró, Marc Chagall, Francis Bacon, Bruno Paul en Hans Bohrdt (hierna ook: de Kunstenaars).

2.2.  XYZ is de Nederlandse vestiging van een Amerikaans bedrijf dat zich richt op de productie en verkoop van posters en kunstafdrukken. De bedrijfsomschrijving van XYZ volgens een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel (van 21 december 2009) luidt:
“Vervaardiging/distributie/logistiek centrum ten behoeve van de vervaardiging en aflevering van posters, kunstafdrukken, ingelijste objecten en andere artikelen”.

2.3.  Op de websites van XYZ, te bereiken via www.XYZ.com en www.XYZ.nl, worden talloze afbeeldingen van werken die kunnen worden besteld getoond. Naast posters gaat het om afdrukken op canvas, kleding, muurstickers, wandborden, wandkleden, magneten, enzovoorts.

2.4.  Een belangrijk deel van het aanbod van XYZ betreft producten voorzien van reproducties van kunstwerken die auteursrechtelijke bescherming genieten, waaronder werken van de Kunstenaars. Men kan op de websites op verschillende manieren zoeken naar een product, bijvoorbeeld op het soort product, op categorie en op naam van de artiest. Zo verschijnen bijvoorbeeld bij Picasso 539 artikelen, bij Chagall 229 en bij Matisse 299 artikelen. Ook worden thumbnails (kleine digitale afbeeldingen) getoond, die aangeklikt kunnen worden. Na aanklikken verschijnt een grotere afbeelding van het kunstwerk waarbij de klant kan kiezen of hij het kunstwerk als poster wenst, afgedrukt op canvas en/of ingelijst.

2.5.  Op 16 oktober 2008 heeft ABC XYZ gedagvaard in een (thans nog aanhangige) bodemprocedure, stellende dat het afdrukken op canvas van de werken van de Kunstenaars een inbreuk is op hun auteursrechten, aangezien daardoor geen sprake meer is van een poster, maar van een ander product dat het aanzien heeft van een schilderij. XYZ betwist die stelling, onder meer aanvoerende dat geen sprake is van inbreuk op auteursrechten, aangezien die zijn uitgeput, en, voor zover dat niet het geval is, XYZ beschikt over toereikende licenties.

2.6.  XYZ heeft een aantal (sub-)licenties in het geding gebracht, die zijn verleend aan Art.com, een aan XYZ gelieerd bedrijf. Dit betreft onder meer een licentie van E.G.I.M. SRI, die op haar beurt een licentie ontving van SIAE (Società Italiana degli Autori ed Editori, een Italiaanse artiesten rechten organisatie), gedateerd 7 oktober 2007, een licentie van Nouvelles Images, gedateerd 2 februari 2007 die een licentie ontving van ADAGP (Société des Auteurs dans les Arts Graphiques et Plastiques, een franse artiesten organisatie) en van Enormous Art LTB, die een licentie ontving van DACS (Design and Copyrights Society, een Britse artiesten organisatie) van 17 juli 2007.
Volgens de toelichting van XYZ betreft de licentie van SIAE onder andere een werk van Miro, de licentie van ADAGP een werk van Klee en van DACS een werk van Chagall.

2.7.  Op de websites van XYZ kan men ook kiezen om de afbeelding van een kunstwerk te ‘delen’. Eén van de mogelijkheden die daarbij geboden wordt (in elk geval tot aan het moment van dagvaarden) is om de afbeelding gratis als ‘e-card’ (digitale ansichtkaart) te verzenden aan derden. Men kan daartoe de afbeelding aanklikken en de e-card voorzien van een persoonlijke boodschap. Vervolgens moeten de e-mailadressen van de verzender en de ontvanger worden ingevuld. De verzender kan de afbeelding van de e-card bekijken. Het eindresultaat is voorzien van een (digitale) ‘postzegel’, waarop (het woord) XYZ is vermeld. De naam van de kunstenaar en/of een copyright teken, staat niet op de e-card.

2.8.  Bij brief van 17 september 2009 heeft de (toenmalige) raadsman van ABC XYZ (via haar raadsman) gesommeerd om binnen vijf dagen te stoppen met het aanbieden van e-cards met werken van de Kunstenaars.

2.9.  In reactie op de sommatie heeft XYZ zich op het standpunt gesteld dat van inbreuk op auteursrechten geen sprake is.

2.10.  In een e-mail van 13 januari 2010 heeft [persoon 6] aan de raadsvrouw van ABC onder meer meegedeeld:
“I can confirm, as Manager of SIAE Visual Arts Department, that SIAE never authorized EGIM to produce e-cards. EGIM is a posters’ producer and the only business SIAE deals with EGIM is about posters (the attached file (…) substantiates what I’m confirming [it is for a poster and not for e-cards] and, moreover, it is not a definitive authorisation (…) . In addition (…) the date of the concerned document is too old to be valid still now). Furthermore, generally speaking, SIAE gives its authorizations to a single customer, informing him that he cannot transfer his license to a third parties (…). At last I assure that SIAE never gave authorizations to XYZ and Art.com.”

2.11.  ABC heeft nog een mail van 13 januari 2010 in het geding gebracht, afkomstig van [persoon 5] van ADAGP, waarin, voor zover hier van belang, het volgende staat:
“We confirm:
a – we don’t grant permission to XYZ directly for e-cards.
b – we don’t grant permission to Nouvelles Images for e-cards
c – the contract concerning Paul Klee is still valid but it concerns the printing of the POSTER ON PAPER only (not ecard).”
In een e-mail van later die dag heeft [persoon 5] aan de raadsvrouw van ABC gemaild dat ADAGP voor ‘e-greeting cards sent by a profit organization to his customers’ dezelfde tarieven hanteert als voor papieren ‘greeting cards’, te weten
€ 457,- voor 500 stuks.

2.12.  In een derde e-mail van 13 januari 2010 aan de raadsvrouw van ABC, met als afzender [persoon 7], Legal & Business Affairs Manager van DACS, is onder meer het volgende vermeld:
“I could not find any contract between DACS and XYZ or Art.com for the reproduction of our members’ work on e-cards (…). (…) I can confirm that we entered into various contracts with the company Enormous Art (…). The contracts with Enormous Art since 2000 (…) , do always only deal with the reproduction of our members’ works on posters and/or prints and as far as I can see do not deal with electronic versions of the work and therefore do not include e-cards. (…) In my opinion the contract (…) does not grant any rights for the production of e-cards (…).
(…) Our newer agreement does allow for the standard industry promotion of the licensed products which allowes for the inclusion of the licensed product on the website (…) but in my opinion not for the sale and distribution of e-cards for which we would put a separate licence in place.”

2.13.  XYZ heeft een aantal prints in het geding gebracht waaruit blijkt dat ook andere met haar concurrerende bedrijven aan het publiek gratis e-cards aanbieden van, op het eerste gezicht auteursrechtelijk beschermde, werken, van onder anderen Picasso en Kandinsky.

3.  Het geschil

3.1.  ABC vordert samengevat – dat XYZ (I) met onmiddellijke ingang wordt veroordeeld tot het staken en gestaakt houden van iedere inbreuk op de auteursrechten van de rechthebbenden ten aanzien van de werken van de Kunstenaars, alsmede van het onrechtmatig handelen jegens ABC, en XYZ in het bijzonder te verbieden de werken van de Kunstenaars op haar websites openbaar te maken en te verveelvoudigen, door deze als e-cards aan te (doen) bieden en/of te (doen) versturen. Daarnaast vordert ABC (II) XYZ te gebieden om binnen één werkdag na de betekening van het vonnis iedere aanbieding tot en/of link naar de mogelijkheid die bezoekers van op Nederland gerichte websites van XYZ wordt geboden om de werken van de Kunstenaars als e-card te (doen) versturen van deze websites te verwijderen en niet terug te plaatsen.
Verder heeft ABC een aantal nevenvorderingen ingesteld, als nader omschreven onder III in het petitum van de dagvaarding en gevorderd de veroordelingen uit te spreken op straffe van verbeurte van dwangsommen en met veroordeling van XYZ in de volledige proceskosten, uit hoofde van artikel 1019h van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Tenslotte heeft ABC gevorderd de termijn voor het aanhangig maken van een bodemprocedure ex artikel 1019i Rv te stellen op zes maanden.

3.2.  ABC heeft haar vorderingen, samengevat, als volgt toegelicht. ABC behartigt de belangen van de (erven van) de Kunstenaars. XYZ houdt zich bezig met het verkopen van posters. Voor zover zij daarvoor beschikt over geldige licenties, strekken deze niet tevens tot het openbaar maken en/of verveelvoudigen van de kunstwerken voor andere producten, zoals werken op canvas of e-cards. Over het verkopen van de werken op canvas loopt al enige tijd een bodemprocedure. Het leek erop dat het geschil zou worden geschikt, maar XYZ heeft zich op het laatste moment teruggetrokken uit de onderhandelingen. Vervolgens bleek dat XYZ haar onrechtmatig handelen in plaats van ingeperkt heeft uitgebreid, namelijk tot het aanbieden van e-cards van werken van de Kunstenaars. Dit kort geding betreft alleen de e-cards. Anders dan XYZ meent, is het beschikbaar stellen van e-cards een zelfstandige exploitatie van de werken en daarmee wel degelijk een inbreuk op de auteursrechten van de rechthebbenden. Het is een nieuwe verschijningsvorm, waarvoor apart toestemming zou moeten worden verleend. Daarvan is geen sprake. Voor elke e-card wordt een afbeelding van de kunstwerken op de websites van XYZ vijf maal openbaar gemaakt/verveelvoudigd. Er is geen sprake van uitputting van de auteursrechten, noch van een gebruikelijke vorm van reclame, waardoor het aanbieden van e-cards zou zijn toegestaan. De exploitatie van de kunstwerken is een belangrijke bron van inkomsten voor de rechthebbenden. Doordat XYZ de e-cards zonder licentie aanbiedt lijden de rechthebbenden schade. Bovendien wordt afbreuk gedaan aan de reputatie van de Kunstenaars, nu hun naam of een copyright teken op de afbeeldingen ontbreekt. De verzending van de e-cards mag dan gratis zijn, XYZ profiteert er wel van in commerciële zin. Allereerst door uitbreiding van haar naamsbekendheid en klantenkring, maar ook doordat de verzenders en ontvangers hun e-mailadres moeten opgeven, zodat deze adressenbestanden deel gaan uitmaken van de content van de website van XYZ en gebruikt kunnen worden voor toezending van allerlei reclame (spam) van andere bedrijven. Ook is goed mogelijk dat XYZ inkomsten genereert van telecom- en intertnetbedrijven, voor de verzonden e-mails, bezoekers van de website, en dergelijke. ABC heeft er een spoedeisend belang bij dat aan deze onrechtmatige exploitatie van werken van de Kunstenaars een einde komt.

3.3.  XYZ voert verweer, waarop hierna, voor zover van belang, nader wordt ingegaan. XYZ vordert, voor het geval zij in het gelijk wordt gesteld, op haar beurt veroordeling van ABC in de volledige proceskosten, een bedrag van € 20.038,64.

4.  De beoordeling
4.1.  De kern van het auteursrecht is dat de maker de zeggenschap heeft over het door hem gemaakte werk. De maker heeft het exclusieve recht om zijn werk openbaar te maken en te verveelvoudigen, zodat hij (of zoals in dit geval ook: zijn erfgenamen) de vruchten kan (kunnen) plukken van zijn creatieve arbeid. Dit brengt mee dat wanneer door de rechthebbenden licenties aan derden zijn verstrekt, de exacte inhoud van de gemaakte afspraken bepalend is voor de reikwijdte van die licenties. In verband daarmee ligt het niet in de rede om gegeven licenties ruim te interpreteren en/of uit te breiden tot producten waarvoor de licenties in eerste instantie niet zijn verstrekt. Dit uitgangspunt geldt niet alleen voor de ‘stoffelijke’, maar ook voor de digitale wereld.

4.2.  Een tweede uitgangspunt is dat voor het maken van inbreuk op auteursrechten ook sprake kan zijn, indien de inbreukmaker de werken niet commercieel exploiteert. Het inbreuk maken op auteursrechten omvat mede het openbaar maken en verveelvoudigen zonder commercieel oogmerk, alleen al omdat dit een belemmering kan vormen van de exploitatie door de rechthebbende zelf.

4.3.  In dit specifieke geval zal er voorts van worden uitgegaan dat XYZ de op haar website te bestellen posters van werken van de Kunstenaars verhandelt met toestemming van de rechthebbenden. ABC heeft haar aanvankelijke betwisting daarvan – doch uitdrukkelijk slechts voor zover het deze procedure betreft –
niet langer gehandhaafd. Het gaat haar in dit geding enkel en alleen om de e-cards die van de desbetreffende werken worden aangeboden via de websites van XYZ. De vraag die voorligt, en die partijen verdeeld houdt, is dan ook of het met toestemming verhandelen van de desbetreffende posters de toestemming voor het aanbieden van e-cards impliceert.

4.4.  Voorshands is onvoldoende aannemelijk dat de door XYZ in het geding gebrachte licenties op zichzelf al het aanbieden van e-cards door XYZ legitimeren. In de eerste plaats zijn de licenties niet aan XYZ verstrekt, maar aan Art.com. Daarnaast blijkt uit de licenties niet voor welke werken van welke kunstenaar(s) deze zijn verstrekt, noch of de duur van de licentie inmiddels niet is verstreken, noch, voor zover sprake is van sublicenties, of deze rechtsgeldig zijn gegeven.

4.5.  Voor zover het niet al rechtstreeks op grond van de licenties zou zijn toegestaan, wat gezien het voorgaande voorshands niet aannemelijk is, heeft XYZ betoogd dat het aanbieden van e-cards toch geen auteursrechtinbreuk teweeg brengt, op grond van de hierna te bespreken argumenten.
4.6.  XYZ heeft betwist dat het aanbieden van de e-card een vorm van openbaar maken en/of verveelvoudigen van de werken is, omdat de ontvanger enkel een hyperlink krijgt doorgestuurd, waarmee hij naar de website van XYZ wordt geleid, zodat geen sprake is van het verzenden van een afbeelding. Dit neemt echter niet weg dat de e-card op de voor het publiek toegankelijke website van XYZ op verschillende manieren te zien is, uiteindelijk in de vorm van een digitale ansichtkaart. Ook zonder dat de afbeelding zelf rechtstreeks verzonden wordt, is dat al een vorm van het openbaar maken en verveelvoudigen van het werk.

4.7.  XYZ heeft verder betoogd dat het aanbieden van de e-cards niets anders is, dan op in de branche gebruikelijke wijze reclame maken voor de posters. Volgens haar staat het op deze wijze digitaal tonen van de door haar op rechtmatige wijze te verhandelen posters binnen haar eigen website enkel in het teken van de wederverkoop en is geen sprake van een zelfstandig product. Zoals uitgemaakt in het [D-E] arrest is het de wederverkoper van met toestemming van de rechthebbende op de markt gebrachte producten in beginsel ook toegestaan om voor die producten op passende wijze reclame te maken. Ook met dit uitgangspunt voor ogen, deelt de voorzieningenrechter de zienswijze van XYZ echter niet. Anders dan XYZ meent, kunnen e-cards immers wel degelijk als een nieuw product, als een nieuwe verschijningsvorm van het werk worden beschouwd. De e-card heeft een zelfstandige functie, dezelfde als die van een traditionele ansichtkaart, te weten het (doen) overbrengen van groeten of andere boodschappen, wat in de regel bij de ontvanger bepaalde emoties teweeg brengt, met als illustratie een door de verzender gekozen afbeelding. Dit karakter van de e-card wordt nog eens onderstreept doordat XYZ op de e-cards (fictieve, digitale) postzegels heeft aangebracht. Dat de ontvanger van een e-card tevens (in dit geval) terecht kan komen op de website van XYZ en mogelijk verleid wordt tot het aankopen van daar te bestellen posters, kan een bijeffect zijn, maar is niet de voornaamste functie van een e-card.
Daar komt bij dat het product e-card wezenlijk verschilt van een pure reclame-uiting, aangezien het initiatief tot de verzending ervan niet ligt bij het reclamemakende bedrijf, maar bij degene die de groet/boodschap wil overbrengen.
Verder kunnen met de e-mailbestanden van de verzenders en ontvangers van de
e-cards, los van de verkoop van de desbetreffende posters, commerciële activiteiten worden verricht en/of inkomsten worden gegeneerd via telefonie bedrijven en/of internet providers, zoals ABC terecht heeft gesteld. Dat de e-cards gratis zijn en dat XYZ heeft verklaard de e-mailbestanden van de ontvangers in elk geval niet verder te (doen) gebruiken, doet daar niet aan af.
Het zelfstandig karakter van de e-card komt ook tot uitdrukking in de door ABC in het geding gebrachte e-mails van de buitenlandse zusterorganisaties van ABC (aangehaald onder 2.10 tot en met 2.12), waaruit onder meer valt af te leiden dat voor e-cards aparte licenties kunnen worden verstrekt.

4.8.  De omstandigheid dat andere bedrijven ook gratis e-cards aanbieden op hun websites is, anders dan XYZ heeft aangevoerd, evenmin voldoende om aan te nemen dat dit een gebruikelijke manier van reclame maken is in de branche. Nadere informatie over de door XYZ aangehaalde voorbeelden is thans niet beschikbaar, aangezien deze bedrijven geen partij zijn in dit geding. Niet onaannemelijk is dan ook dat deze bedrijven wel over de vereiste (expliciete) toestemming beschikken, ofwel zich (eveneens) schuldig maken aan onrechtmatig handelen, met schending van de auteursrechten van de desbetreffende kunstenaars.

4.9.  Nu op grond van het voorgaande de e-cards als een zelfstandige verschijningsvorm van de werken worden aangemerkt, houdt het verweer van XYZ gebaseerd op artikel 12b Auteurswet, dat de auteursrechten door het verlenen van toestemming voor het verhandelen van posters zou zijn uitgeput, geen stand. XYZ heeft aan de werken een andere vorm gegeven en ze in die vorm aangeboden aan het publiek, zodat van uitputting hier niet kan worden gesproken.

4.10.  Ook het beroep van XYZ op artikel 13a van de Auteurswet, inhoudend dat inbreuk hier niet aan de orde is, aangezien hier sprake zou zijn van tijdelijke reproductie van het werk van voorbijgaande of incidentele aard, die een integraal en essentieel onderdeel vormt van een technisch procédé als nader omschreven in het genoemde artikel, slaagt niet. Als het aan XYZ ligt vormen de e-cards immers een permanent onderdeel van de door haar aan te bieden collectie producten. Daarnaast kan de ontvanger de e-card bewaren, elders opslaan en printen. Het aldus aanbieden van de e-cards kan dan ook niet als een tijdelijke reproductie zonder zelfstandige betekenis, deel uitmakend van een technisch procédé, worden aangemerkt.

4.11.  Uit het voorgaande volgt dat XYZ auteursrechtelijk beschermde werken heeft openbaar gemaakt en verveelvoudigd zonder toestemming van de rechthebbenden en dat zij onrechtmatig heeft gehandeld jegens ABC. ABC heeft er, als belangenbehartigster van de rechthebbenden, een spoedeisend belang bij dat aan deze inbreuken een einde komt. Dit betekent dat de onder I en II vermelde vorderingen zullen worden toegewezen als na te melden, met dien verstande dat het verbod zal worden beperkt tot e-cards en, met betrekking tot de .com website, alleen voor zover deze op Nederland is gericht. Daarnaast zal de termijn voor het aanpassen van de websites worden gesteld op 5 werkdagen, in verband met de technische aspecten daarvan.

4.12.  De dwangsommen zullen worden gematigd en gemaximeerd, als na te melden.

4.13.  Met betrekking tot de onder III genoemde nevenvorderingen, die kort gezegd inhouden het (verplichten van XYZ tot het) verstrekken van informatie over het aantal in Nederland verzonden e-cards, heeft XYZ gemotiveerd aangevoerd dat dit op aanzienlijke technische problemen zal stuiten. ABC heeft dit verweer onvoldoende weersproken. Mede in het licht van de relatief beperkte periode dat de e-cards aan het publiek ter beschikking zijn gesteld, leidt dit verweer tot afwijzing van de vordering vermeld onder 3.1 bij III.
4.14.  Als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij zal XYZ worden veroordeeld in de proceskosten, te weten in de redelijke en evenredig gemaakte advocaatkosten, overeenkomstig het bepaalde in art. 1019h Rv. Aangezien XYZ de door ABC gestelde hoogte van die kosten op zichzelf niet heeft betwist, zullen deze dienovereenkomstig worden toegewezen.

4.15.  De termijn als bedoeld in art. 1019i Rv, zal worden gesteld op zes maanden, aangezien XYZ daartegen geen verweer heeft gevoerd.

5.  De beslissing
De voorzieningenrechter

5.1.  Veroordeelt XYZ om met onmiddellijke ingang het (doen) aanbieden en (doen) versturen van e-cards met afbeeldingen van werken van Pablo Picasso, Wassily Kandinsky, Henri Matisse, Paul Klee, Edvard Munch, Joan Miró, Marc Chagall, Francis Bacon, Bruno Paul en/of Hans Bohrdt, te staken en gestaakt te houden.

5.2.  Bepaalt dat XYZ een aan ABC te betalen dwangsom verbeurt van € 1.500,- voor iedere dag dat zij nalaat om aan de veroordeling onder 5.1 te voldoen.

5.3.  Gebiedt XYZ om binnen vijf (5) werkdagen na de betekening van dit vonnis iedere aanbieding tot en/of link naar de mogelijkheid die bezoekers van de Nederlandse websites en de website www.XYZ.com, voor zover deze op Nederlandse bezoekers is gericht, geboden wordt om de werken van de onder 5.1 genoemde Kunstenaars als e-card te (doen) versturen te verwijderen en verwijderd te houden.

5.4.  Bepaalt dat XYZ een aan ABC te betalen dwangsom verbeurt van € 5.000,- voor iedere dag dat zij nalaat aan het onder 5.3 genoemde gebod te voldoen, met een maximum van € 50.000,-.

5.5.  Veroordeelt XYZ in de kosten van dit geding, tot heden aan de zijde van ABC begroot op:
–  € 85,98 aan explootkosten,
–  € 262,- aan vastrecht en
–  € 11.898,- aan salaris advocaat.

5.6.    Stelt de termijn als bedoeld in artikel 1019i van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering vast op zes maanden.

5.7.  Verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.

5.8.  Wijst het meer of anders gevorderde af.
(bron: www.rechtspraak.nl)

Mocht u omtrent auteursrechten en/of de inbreuk daarop vragen hebben dan wel behoefte hebben aan direct advies of bijstand, kunt u altijd kosteloos contact opnemen met ons advocatenkantoor. Telefonisch contact gaat snel en u krijgt direct een van onze advocaten aan de telefoon. Bel ons nu tegen op 030 252 35 20 of tot 22.00 uur op 030 252 35 20. Een eerste telefonisch advies is altijd kosteloos.