Non conformiteit bij koop van een schip

In een uitspraak van het Gerechtshof van Arnhem Leeuwarden van 5 april 2016 (ECLI:NL:GHARL:2016:2715) moest geoordeeld worden over de vraag of negen jaar na aankoop van een schip nog een beroep op non-conformiteit kon worden gedaan.

In 2004 heeft X (geïntimeerde) van Y (appellant) een schip gekocht dat door Y was gebouwd. In 2013 is bij een onderhoudsbeurt ontdekt dat de beide rvs watertanks waren doorgeroest en als gevolg daarvan lekkages vertoonden, terwijl dergelijke tanks ruim 20 jaar mee moeten kunnen gaan. Er is door een adviesbureau onderzoek gedaan naar de corrosie waarbij is gebleken dat de corrosie is ontstaan omdat de lasverbindingen niet juist zijn aangebracht. Het hof volgt de bevindingen van het adviesbureau en komt tot het oordeel dat er sprake is van non-conformiteit.
Het Hof overweegt daartoe als volgt:

“3.12
Tegenover de feitelijke vaststelling van adviesbureau dat de lasverbindingen niet op correcte wijze zijn aangebracht, staat slechts de blote ontkenning van appellant. Aan het verwijt van appellant dat hij niet tot adequaat bewijs kan komen omdat de tanks niet zijn bewaard, hetgeen door geïntimeerde overigens wordt betwist, gaat het hof voorbij nu geïntimeerde naar aanleiding van het rapport van adviesbureau appellant verscheidene malen in de gelegenheid heeft gesteld om de watertanks te komen bekijken. Appellant heeft van de geboden gelegenheid geen gebruik gemaakt. Dat appellant daardoor in “bewijsnood” is komen te verkeren, is geheel aan hemzelf te verwijten. Voor het hof staat derhalve in voldoende mate vast dat de lasverbindingen gebrekkig waren.

3.13
Een volgend punt betreft de oorzaak van de corrosie. Appellant stelt dat zelfs indien de lasverbindingen niet correct zijn aangebracht, daarmee nog niet vaststaat dat de corrosie daardoor is veroorzaakt. De corrosie kan volgens appellant ook zijn veroorzaakt door een bacteriële aantasting van de watertanks. Ter onderbouwing van zijn stelling verwijst appellant naar het artikel van X. waarin wordt vermeld dat zich ook gevallen voordeden waarbij er geen sprake was van slecht laswerk, maar er toch gaten in de tank vielen. Appellant stelt verder dat geïntimeerde de aantasting zelf in de hand heeft gewerkt door de watertanks niet jaarlijks te spoelen en desinfecteren.

3.14
Het hof is van oordeel indachtig de vaststelling door adviesbureau dat i) de lasnaden niet correct zijn aangebracht, ii) de corrosie is terug te vinden op de lasnaden en iii) de onweersproken verklaring van adviesbureau dat drinkwater simpelweg niet agressief genoeg is om corrosie te kunnen veroorzaken in een rvs tank, het ervoor moet worden gehouden dat de niet correct aangebrachte lasnaden de oorzaak zijn van de aantasting van de watertanks. Temeer nu er, anders dan in het genoemde artikel van X., geen gaten in de tanks zijn gevallen, maar de aantasting zich heeft beperkt tot genoemde lasnaden. Daarenboven heeft geïntimeerde het verwijt dat hij de tanks niet jaarlijks heeft laten reinigen, onderbouwd bestreden.”