Ambtenarenrecht – disciplinaire straffen – toetsingsmaatstaf

Volgens vaste jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) ten aanzien van disciplinaire straffen, wordt als toetsingsmaatstaf gehanteerd dat de bestuursrechter in ambtenarenzaken, die moet beslissen over een besluit tot oplegging van een disciplinaire straf, dient vast te stellen of de betrokken ambtenaar zich schuldig heeft gemaakt aan plichtsverzuim ter zake waarvan het bestuursorgaan hem de straf heeft opgelegd. De feiten moeten boven gerede twijfel zijn verheven. Voor de constatering van plichtsverzuim, dat tot disciplinaire bestraffing aanleiding kan geven, is noodzakelijk dat op basis van deugdelijk vastgestelde gegevens de overtuiging moet zijn verkregen dat betrokkene zich aan de hem verweten gedragingen heeft schuldig gemaakt. In dat geval dient de rechter te beoordelen of het bestuursorgaan bij het bepalen van de sanctie is gebleven binnen de grenzen van het evenredigheidsbeginsel (zie de uitspraak van de CRvB van 1 november 2001 (ECLI:NL:CRVB:2001:AD6321)).

Hebt u omtrent ambtenarenrecht (ontslag, schorsing, disciplinaire straf) vragen of behoefte aan direct advies of rechtsbijstand, kunt u altijd direct en kosteloos contact opnemen met ons advocatenkantoor. Dit gaat snel en u krijgt direct een ambtenarenrecht advocaat aan de telefoon. Bel ons op 030 252 35 20. Een eerste telefonisch advies is altijd kosteloos.