Ontslag op staande voet: Werkgevers wees duidelijk in de ontslagbrief!

Door: mr. P. de Bruijn

De voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel, heeft op 17 april 2014 de loonvordering van een werknemer die op staande voet was ontslagen toegewezen, omdat werkgever de dringende reden in de ontslag brief niet duidelijk genoeg had geformuleerd.

Casus
Werknemer was ruim 22 jaar in dienst van werkgever. Na de jaarlijkse kerstborrel heeft werknemer, in een ‘aangeschoten’ bui, de fiets van een collega verplaatst naar de andere kant van het terrein. Dit betreft een afstand van ongeveer 150 meter.

De eigenaar van de fiets heeft alarm geslagen bij de werkgever. Vier dagen na het incident, heeft werkgever de camerabeelden terug gekeken. Hierop was te zien dat werknemer de fiets van zijn collega verplaatste en vervolgens met zijn eigen fiets naar huis ging.

Naar aanleiding van de camerabeelden en na het inwinnen van juridisch advies heeft werkgever weer enige dagen later (acht dagen na het voorval) werknemer op staande voet ontslagen.

De ontslagbrief luidde als volgt:
[… .] Hierbij bevestigen wij dat wij, naar aanleiding van het voorval na de Kerstborrel op vrijdag 20 december 2013, hebben wij moeten besluiten u per heden op staande voet te ontslaan.
Met het “voorval” wordt bedoeld het feit dat u bij uw vertrek van de Kerstborrel een fiets van een collega heeft veiliggesteld in de zin dat u die fiets heeft meegenomen van de parkeerplaats en heeft gestald in een uithoek van het bedrijfsterrein. Wij hebben u de beelden van de beveiligingscamera’s getoond. Op die beelden is het voorgaande duidelijk te zien. De fiets is uiteindelijk gelukkig weer in het bezit gekomen van de collega. [… .] U heeft nadien nog gewerkt maar heeft het niet nodig gevonden om uw handelen op te biechten.
Uw handelen is ontoelaatbaar en heeft voor veel onrust gezorgd bij uw collega’s. Het vertrouwen in u heeft u op zodanige wijze beschaamd dat het niet langer mogelijk is om uw arbeidsovereenkomst voor te zetten en vandaar dat wij u op staande voet moeten ontslaan. [… .]

Werknemer heeft een kort geding aanhangig gemaakt, waarin hij zich beroept op de nietigheid van het ontslag.

Oordeel voorzieningenrechter
In kort geding heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat de formulering van de dringende reden te vaag was. Werkgever had namelijk opgenomen ‘een fiets van een collega heeft veiliggesteld in de zin dat u die fiets heeft meegenomen van de parkeerplaats en heeft gestald in een uithoek van het bedrijfsterrein.’

Werkgever heeft aangedragen dat met ‘veiliggesteld’ wordt bedoeld ‘diefstal’ echter de voorzieningenrechter oordeelde in rechtsoverwegingen 4.2-4.3 dat werkgever met deze bewoording onvoldoende duidelijk is geweest.

Rechtsoverweging 4.2 -4.3
Bij een opzegging wegens een dringende reden moet die reden gelijktijdig met de opzegging aan de wederpartij worden medegedeeld (7:677 BW). Volgens vaste rechtspraak moet de mededeling van de dringende reden zodanig geschieden, dat het de wederpartij onmiddellijk volkomen duidelijk is welke eigenschappen of gedragingen de ander hebben genoopt de dienstbetrekking te beëindigen. Indien door de mededeling dit doel wordt bereikt, voldoet zij aan de eisen der wet.

Vooralsnog is de kantonrechter van oordeel dat de ontslagbrief van 30 december 2013 de hiervoor bedoelde duidelijkheid niet biedt en dus niet voldoet aan de eisen der wet. De kantonrechter gaat er dan ook voorlopig van uit dat de bodemrechter tot de conclusie zal komen dat het aan werknemer gegeven ontslag op staande voet geen stand zal houden.

De kantonrechter begrijpt niet waarom werkgever voor de ‘milde bewoordingen’ heeft gekozen daar waar duidelijkheid een strikt vereiste is. De stelling van werkgever dat zij de zaak voor de buitenwereld niet te zwaar wilde aanzetten is merkwaardig, nu zij met het ontslag het tegendeel heeft bereikt. Het feit dat werkgever bij brief van haar gemachtigde d.d. 2 januari 2014 naderhand de “ware” reden, te weten de (poging tot) diefstal van een fiets van een collega, en dus werknemer die duidelijkheid wel heeft verschaft kan haar niet baten.

Conclusie
Een werkgever moet bij een ontslag op staande voet dus goed opletten dat er een duidelijke reden wordt opgegeven, zodanig dat voor werknemer over de grond voor het ontslag op staande voet geen twijfel kan ontstaan. Het is daarom verstandig om voor het opstellen van de ontslag brief juridisch advies in te winnen.